Aansprakelijkheid openbaar vervoerder
Statistisch gezien is het veiliger om gebruik te maken van het openbaar vervoer, zoals de tram of de bus, dan van particulier vervoer, zoals de auto of de fiets.[1] Desondanks kan er ook bij het gebruik van het openbaar vervoer iets misgaan. Door een ongeval tijdens het openbaar vervoer kan letsel ontstaan en schade worden geleden. Volgens de wet is in principe de vervoerder aansprakelijk voor de schade die de reiziger lijdt als gevolg van een ongeval dat tijdens en in verband met het vervoer heeft plaatsgevonden.[2]
Â
In de praktijk wordt toch veel gediscussieerd over deze aansprakelijkheid. Zo ook in een zaak die onlangs aan de rechtbank Den Haag is voorgelegd.[3] In dit blog ga ik op deze uitspraak in.
Â
Relevante feiten
Wat is er gebeurd? Een man is met zijn voet klem komen te zitten tussen de deuren van een tram van HTM. De tram is gaan rijden en de man is meegesleurd. Hierbij kwam hij ten val en liep hij letsel op.
Â
Volgens de man is het veiligheidssysteem van de tram gebrekkig, had de trambestuurder moeten controleren of dat het veilig was om te vertrekken en werd er een te korte wachttijd aangehouden. HTM stelt daarentegen dat de trambestuurder geen verwijt treft en dat het ongeval juist aan de eigen schuld van de man te wijten is. De man zou namelijk zijn voet tussen de al vergrendelde deuren hebben geschopt of gewrongen.[4] Â
Â
Overwegingen en oordeel rechtbank
Aangezien partijen verschillen van mening over de aansprakelijkheid, laat de rechter zich hierover uit.[5]
Â
De vraag rijst allereerst of dat het ongeval tijdens het vervoer heeft plaatsgevonden. Volgens de rechtbank Den Haag is dit het geval. Het gaat om (een poging tot) instappen in de tram en dit valt blijkens de wet onder vervoer.[6]
Â
HTM is in principe aansprakelijk voor de schade, zoals in de inleiding van dit blog al is toegelicht. Alleen als sprake is van overmacht kan de aansprakelijkheid komen te vervallen.[7] HTM doet een beroep op overmacht en daarbij komt het erop aan of dat HTM al het mogelijke heeft gedaan wat in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van haar kon worden verwacht.
Â
In dit verband stelt HTM dat een vergelijkbaar ongeval zich voor het laatst in 2001 heeft voorgedaan en dat het veiligheidssysteem van de tram niet gebrekkig is. De rechter is het met dit laatste niet eens, omdat het mechanisme niet werkt als iemand een voet tussen de deuren steekt. Bovendien gaat er dan geen signaal naar de trambestuurder. De rechtbank overweegt voorts dat de trambestuurder bijvoorbeeld kort voor het wegrijden nog op de camerabeelden had kunnen kijken. De bestuurder had de man dan hoogstwaarschijnlijk gezien. Zelfs al zou dat niet zo zijn, dan komt dit voor rekening en risico van HTM. Â Zij had in dat geval bijvoorbeeld zorg kunnen dragen voor een extra camera.
Â
Het feit dat overigens eerder (in 2001 dus) een soortgelijk ongeval plaats heeft gevonden, wijst erop dat HTM bekend was met het de gebrekkigheid van het veiligheidssysteem. Onder deze omstandigheden mag van HTM worden verwacht dat zij stelt dat zij haar trambestuurders tijdens opleiding of nascholing behoorlijke instructies meegeeft, zoals het vlak voor vertrek controleren van de camerabeelden.
Â
Tot slot merkt de rechter op dat het hanteren een langere wachttijd (waar de man op doelt) geen juiste oplossing biedt. Er zijn namelijk altijd reizigers die op het laatste moment nog willen instappen.
Â
Al met al slaagt het beroep op overmacht niet.[8] Het beroep van HTM op eigen schuld van de man slaagt echter wel gedeeltelijk.[9] De rechter overweegt dat de man bewust zijn voet op het laatste moment nog tussen de deuren steekt. Algemeen bekend is dat dit risico’s met zich meebrengt. De man heeft ook niet eerst geprobeerd om de deuren nog te openen met de daarvoor bestemde knop. De rechtbank oordeelt derhalve dat 50% van de schade voor eigen rekening blijft. Zij ziet tot slot geen aanleiding om de billijkheidscorrectie toe te passen.[10]
Â
Tot slot
In principe is de openbaar vervoerder aansprakelijk voor de schade die de reiziger lijdt als gevolg van een ongeval dat tijdens en in verband met het vervoer heeft plaatsgevonden. Ook (een poging tot) instappen valt hieronder. Alleen als er met succes een beroep wordt gedaan op overmacht kan aan aansprakelijkheid worden ontkomen. Daarnaast kan eigen schuld leiden tot verval of vermindering van de schadevergoedingsplicht.
Â
Heeft u letsel opgelopen door een ongeval en wenst u hulp bij het verhalen van uw schade? Neemt u dan gerust geheel vrijblijvend contact met ons op via 0800 667 84 66 of via info@nm-letselschade.nl. Met de juiste kennis en ervaring helpen wij u graag verder.
Â
Dit blog is geschreven door mr. E.W. (Elise) van Kempen, NIVRE-re, werkzaam bij NostimosMooyman.
Â
Â
Â
Â
Â
Â
[1] Zie https://swov.nl/nl/factsheet/openbaar-vervoer-en-spoorwegovergangen .
[2] Artikel 8:105 lid 1 Burgerlijk Wetboek (hierna: ‘BW’).
[3] Rechtbank Den Haag 24 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:11350.
[4] Rechtbank Den Haag 24 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:11350, r.o. 2.1, 3.2, 3.3. Â
[5] Rechtbank Den Haag 24 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:11350, r.o. 4.1.
[6] Artikel 8:102 lid 1 BW.
[7] Artikel 8:105 lid 2 BW.
[8] Rechtbank Den Haag 24 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:11350, r.o. 4.5-4.13.
[9] Artikel 8:109 lid 1 BW. Over het leerstuk van de eigen schuld schreef ik overigens ook in mijn blog van 11 januari 2023. Zie hiervoor https://www.nostimos-letselschadedeskundigen.nl/actueel/de-leerstukken-onrechtmatige-daad-en-eigen-schuld .
[10] Rechtbank Den Haag 24 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:11350, r.o. 4.14-4.17.